Het onderwijs van nu is sterk gericht op het behalen van meetbare resultaten. We toetsen onze leerlingen voortdurend op hun voortgang. Want we willen inzicht in hun ontwikkeling. Leerresultaten moeten meetbaar zijn. Maar wat betekent dit eigenlijk voor de ontwikkeling van leerlingen? Welke denkstrategie trainen kinderen als we ze voortdurend tegen de prestatie-meetlat leggen?
Training van linkerhersenhelft
Met meetbaar onderwijs (vast te leggen in scores) trainen we de linkerhersenhelft van kinderen:
1. Rechtlijnig en logisch denken (‘A + B = C’)
2. Denken in goed en fout
3. 1 oplossing voor 1 probleem bedenken (‘dit is het goede antwoord’)
4. Ontwikkeling van oordelend vermogen (‘dit is zoals het is’)
5. Meten met anderen (‘ik scoor hoger / lager dan de ander’)
6. Gesloten antwoorden geven (‘zo is het goed’)
Training van rechterhersenhelft
Met creativiteitsonderwijs (niet vast te leggen in scores, maar in relaties/verhoudingen) trainen we de rechterhersenhelft van kinderen:
1. Associatief denken (‘A is verbonden met B en C’)
2. Verbanden leggen (‘dit heeft relatie met dat’)
3. Meerdere oplossingen voor 1 probleem bedenken (‘dit kan, maar dit ook’)
4. Waarnemend vermogen ontwikkelen (‘ik zie dit, maar een ander ziet misschien dat’)
5. Zichzelf vergelijken met zichzelf (‘ik ben gegroeid’)
6. Mogelijkheden zien (‘ik kijk graag verder’)
Hoe meet je creatieve ontwikkeling?
De linkerhersenhelft is gefocust op het produceren van ‘goede-antwoorden-output’. De rechtserhersenhelft is daarentegen gefocust op het produceren van ‘creatieve-output’. De 'creatieve-output' van de rechterhersenhelft kunnen we, in tegenstelling tot ‘goede-antwoorden-output’ van de linkerhersenhelft, niet toetsen met scores. Het creatieve denken laat zich niet meten met concrete cijfers. Want het draait om de verhoudingen en verbanden die een kind ziet. Dat is niet in cijfers uit te drukken.
Toetscultuur en eenzijdige breintraining
In Nederlandse basisscholen overheerst de toetscultuur. Omdat we willen zien waar kinderen staan. Maar zie je hoe de toetscultuur leidt tot eenzijdige breintraining? Doordat 'creatieve-output' van de rechtserhersenhelft zich niet laat meten met concrete cijfers, sneuvelen de creatieve vakken als eerste. De toetscultuur zorgt er voor dat we voorrang geven aan onderwijs dat meetbaar is. Zodra het vak niet meetbaar is, is het bijzaak.
Balans in ontwikkeling beide hersenhelften
Dus schuift muziekles in een hoekje en wordt tekenen gezien als een pleziertje. Terwijl creatieve vakken bij uitstek geschikt zijn om de rechterhersenhelft te ontwikkelen. De ontwikkeling van het associatieve denken, het denken in mogelijkheden en het leggen van verbanden train je met creatieve vakken. Toch is het onderwijs vrijwel uitsluitend gericht op de ontwikkeling van de (meetbare) linkerhersenhelft. De linkerhersenhelft groeit en groeit. Maar we leren kinderen amper hoe ze hun rechterhersenhelft kunnen benutten.
Benut het volle potentieel
Risico nemen, proberen, innoveren, experimenteren, doorzetten: door de toetscultuur een te dominante plek te geven, leren we het kinderen af in plaats van aan. Geef creativiteitsonderwijs de plek die het verdient: gelijkwaardig naast het meetbare onderwijs. Zodat we kinderen leren hoe je je volle potentieel benut. Aan beide kanten.
[Jennemieke Snijders (Conservatorium Maastricht & Communicatie Fontys Eindhoven) werkte als muziekjuf en is nu auteur van de muziekmethode Muziek & Meer Digitaal. Daarnaast helpt ze mensen om zich te verbinden met hun eigen muzikale en creatieve talent bij bij Tinksel Muziekcreatie]